En nu zit ik in een restaurant te werken.
Ik heb geen afspraken vandaag, en ga op mijn laptop aan de slag.
Even in een andere omgeving.
We leven bijna 100 dagen in twee kleine caravans.
Eentje om in te slapen en eentje om in te zitten.
Nee, we hebben niets te klagen.
We hebben een heerlijk plekje aan de rand van een perenboomgaard.
De zon heeft veel geschenen.
Maar nu worden we sjaggerijnig als we onze voet stoten, het broodmes niet meer kunnen vinden en door de regen naar de wc moeten.
De broeken zijn gisteravond met DHL aangekomen. Ze zitten strak en in plaats van een rits, zitten er knopen.
‘Dankjewel hoor,’ zegt mijn lieve man. Ik ben er blij mee.’
Binnen tien minuten heb ik de retourbon uitgeprint op de printer, die op het aanrechtje in de zitcaravan staat.