
De kracht van vriendelijkheid
Een pleidooi voor meer vriendelijkheid
Vriendelijkheid in het gezin
‘Wil je helpen om onze keuken te zetten, pa.’ Zo zouden de andere kinderen dat vragen. ‘En als je moe bent, of je hebt iets anders, je moet je niet in allerlei bochten wringen, hoor.’ Zo niet die ene zoon. Dat gaat zo: ‘Pa, het lijkt me zo heerlijk om samen met jouw onze prachtige zuurstokroze keuken te gaan zetten. Wat denk je, zullen we een datum plannen? Volgende week heb ik vrij genomen. Zou dat passen?’ En ja hoor, zonder in zijn agenda te kijken, knikt mijn lief, met een stralende glimlach: ‘Natuurlijk, jongen.’
‘We leggen een fijn matras op de grond, je zult er heerlijk slapen.’
Een weekje Amsterdam
Laat nu, juist in deze week, een cursus gegeven worden in de School of Life, over creativiteit en hoe je dat kan laten stromen. Ik ga dus mee.
Niets leuker dan met z’n tweeën naar Amsterdam, slapen in een fijn appartement, nog in wording, dat wel, maar toch heerlijk.
Vriendelijkheid brengen in de stad
Op de derde dag van de cursus, krijgen we een opdracht. We zijn met zo’n tien man. De meeste ongeveer 25 jaar jonger dan ik. En eentje, Maria, net zo grijs als ik.
De opdracht is:
‘Ga naar buiten, in tweetallen, en zeg de mensen die je tegen komt vriendelijk g’dag. Kijk wat er gebeurt.’
We knikken. Een leuke opdracht, een beetje vriendelijkheid brengen in de stad.
De cursusleider gaat verder. ‘Loop naar iemand toe en vraag hem of haar de weg.’ We knikken al wat minder enthousiast.
Dan gaat hij verder: ‘Vraag aan die persoon of hij even wil tekenen hoe je moet lopen, een soort van plattegrond.’ We houden onze adem in. Komt er een vervolg? En ja hoor.
Het wordt nog ingewikkelder. ‘Vraag zijn naam en ook nog zijn telefoonnummer, zodat je kan bellen, als je vast loopt en de weg niet kunt vinden.
En als klap op de vuurpijl, bel deze persoon om hem te bedanken.
Veel plezier,’ zo eindigt hij de opdracht.
De proef op de som
Maria knikt naar mij: ‘Zullen wij samen?’
De anderen kijken om zich heen. Er wordt gezucht, gemopperd, en ik voel de angst. ‘Dit ga ik niet doen’ ‘Mensen toeknikken en naar ze glimlachen, een beetje vriendelijk doen, prima, maar dat is de max.’ ‘Ik ga naar huis en ga mijn andere huiswerk doen.’ ‘Ik ga lunchen en ik kijk wel wat ik doe.’
‘Jullie gaan gewoon?’Ja, we kijken wel waar het schip strandt.
We lopen naar buiten en beginnen iedereen vriendelijk toe te lachen en goeiendag te zeggen. Dat valt niet altijd mee. Hoe zeg je goedemorgen tegen iemand die op zijn telefoon zit, en dat zijn er nogal wat. We gaan niet in haar oor roepen, of aan zijn jasje trekken. Zover willen we toch niet gaan. Maar we hebben er best plezier in, best leuk om aardig te doen. En de meesten knikken, verrast, vriendelijk, terug.

Vriendelijkheid in het spel
Dan lopen we de hoek om, en halverwege, het straat, tegenover een grote oude boom, staat een raam wagenwijd open. We kijken naar binnen en zien aan het einde van de lange kamer een oude meneer achter een donkerbruin bureau zitten. We lopen voorbij, kijken elkaar aan. ‘Zullen we?’ We keren weer terug.
‘Meneer, mogen we u iets vragen?’ De man strompelt verheugd richting het raam. ‘Natuurlijk.’
‘Weet u hier een mooie boekwinkel?’
Nou, die weet hij inderdaad. Schuin tegenover ons, iets voorbij de ijssalon, die we net kunnen zien, bevindt zich een prachtige boekhandel. Je kunt er de mooiste boeken krijgen, de bediening is fantastisch, vriendelijk en als ze iets niet hebben, bestellen ze het voor je, en heb je het boek de volgende dag.’
Je begrijpt dat we het bijna niet durven vragen. We zien het uithangbord met een levensgroot ijsje erop, en ernaast zou de boekhandel zijn, en toch, we wagen het. ‘Zou u soms even willen tekenen hoe we daar moeten komen. Anders blijven we misschien hangen bij de ijssalon.’ Hij kijkt even op, en pakt een papiertje van ons aan en maakt een plattegrondje. Het is ontzettend duidelijk. Dat wel. ‘Het kan niet missen,’ zegt hij. We halen diep adem. ‘Mogen we misschien weten hoe u heet?’ Dat mag. ‘Groenloo’ is zijn naam. En hij begint te vertellen hoe zijn familie vanaf het platteland in Amsterdam terecht kwam en hoe de liefde daarin een rol speelde. Wij noemen onze naam en doen ook een beetje ons verhaal.
We hebben een geanimeerd gesprek. Dan kijken we elkaar aan. ‘Meneer, misschien een beetje raar, maar mogen we uw telefoonnummer. Dan kunnen we u bellen als we de boekhandel niet kunnen vinden.’ We krijgen zijn nummer. We weten niet wat hij denkt. Zou hij ons domme provinciaaltjes vinden? Vindt hij het wel goed zo? Is hij gewoon aardig?
We zeggen vriendelijk gedag, en lopen naar de boekwinkel. Het is inderdaad een prachtige zaak, maar we kunnen niets kopen. We hebben het geld en de telefoon (!) laten liggen in het klaslokaal.
Dankuwel, meneer Groenloo
Hoe gaan we deze man naderhand bedanken?
We vragen aan de jongen achter de toonbank om een boekenfolder. En dan gaan we weer richting het open raam.
‘Meneer, we willen u vriendelijk bedanken, we hebben de boekwinkel gevonden. Hij was inderdaad prachtig. We hebben een mooie folder voor u meegenomen als bedankje.’ ‘Ach nee, wat aardig. Heb je nog kunnen vinden wat je zocht? Nee? Ze kunnen het bestelen hè, maar afijn.’ We wensen hem nog een mooie dag. Even overwegen we om te vertellen dat het een spel was, maar we zijn bang dat hij zich dan genaaid voelt, en weet je, de vriendelijkheid van hem en van ons is echt!
Vriendelijkheid, overal!
Aan deze gebeurtenis moest ik denken terwijl ik het boek de kracht van vriendelijkheid door Claudia Hammond las.
In eerste instantie was ik bang dat het een beetje een slap boek zou zijn. Niets is minder waar.
De schrijfster heeft onderzoek gedaan naar hoe belangrijk vriendelijkheid is, en kwam tot verrassende conclusies. En het leuke is: Ik ben nu om me heen aan het kijken of ik vriendelijkheid zie. Wel heel leuk dat ik erachter kom, dat ik dagelijks meer dan 10 staaltjes van vriendelijkheid zie: een vrouw die een jonge puber, met één blikje cola, voorrang geeft bij de kassa, een jonge vader die zijn zoontje over zijn krullen streelt, een chauffeur die mij, heel galant, laat oversteken, de knuffel van een oud-collega, mijn vriendin die zich haast naar haar koffiemachine om heel snel een heerlijk bakje koffie voor mij te maken, een caissière, die achter haar kassa vandaan komt om een mevrouw in de rolstoel te helpen, een glimlach van een wildvreemde.
Vriendelijkheid zien, is vriendelijkheid doen. Ga het gerust maar uitproberen.
Een interessant boek, goed onderbouwd, en prettig geschreven. Zo maken we de wereld mooier.
Samen lezen
Kun jij wel een dosis positieve, wetenschappelijke onderbouwde, levenswijsheid gebruiken in deze heftige tijden? Doe dan mee met deze online leesclub.
‘Niet alleen lezen en leren we van dit boek, ook gaan we met elkaar in gesprek en dat is in zichzelf al een fijne en verbindende ervaring. ❤️’
Dankjewel, Geertje, voor deze mail met dit leuke verhaal. Heb meteen zin in de dag en bij deze wil ik jou dan ook vriendelijk bedanken hiervoor. :0)
Fijne dag!
Wat heerlijk, Judith!
Heerlijk!! Op mijn lijf geschreven. 😁
Da’s fijn zeg!
Mooi verhaal zo op de maandag om de week mee te starten. Fijn “ tegengif” in deze barre tijden.
Heel graag gedaan, hoor Wilma. Het schrijven van zo’n verhaal is heerlijk om te doen.
lekker vriendelijk! Ik doe mee 😉
Met z’n allen vriendelijk! Dat gaat gezellig worden.😍
❤️