Soms lijkt het of iedereen in de hele wereld onbetrouwbaar is. Dan voelt het of je helemaal alleen op de wereld bent. Maar eerlijk, er zijn mensen die je jouw vertrouwen kunt schenken.
Verdriet in haar lijf
Ze  had het gevoel dat ze stikte, zoveel verdriet in haar lijf.
Ze zat in een heerlijke, comfortabele rode stoel in zo’n ouderwetse bruine kapperszaak. De barbier, zo noemde ze hem, omdat het er zo ouderwets uitzag; grote spiegels, mahonie lijsten, koperen lampen, houten versleten vloer. Ze keek verdwaasd naar haar bleke gezicht, de waterige ogen en boven haar hoofd de barbier. Hij deed zwijgend zijn werk, knipte, spoot water, knipte, droogde, friemelde. Hij knikte soms even naar haar, bedekte haar kapsel kwistig met haarlak. Wat een weldadig zwijgen. Begreep hij het? Snapte hij dat als hij iets zou vragen, over thuis, het werk, of zelfs het weer, dat ze dan zou breken.
Gooi het er maar uit
Toen ze weer buiten stond, met een los, wild kort kapsel, belde ze een vriendin op. Ze moest haar verhaal kwijt. Ze zou anders barsten. Ze wist wel wie ze belde. Annemiek woonde in een buitengebied, vlak aan het water. Zij en haar man vonden het uiterlijke niet zo belangrijk, hadden een hekel aan schone schijn. Zij was kunstenaar, grijze haren tot over haar schouders, kleurige kleding. Hij dichtte hemelse gedachten op papier, en genoot in zijn wilde moestuin. Daar wilde ze even heen. Ze wilde dáár gieten, haar tranen, verwarrende gedachten, haar rauwe gekwelde hart.
Ze opende haar hart
Ze moest er drie kwartier voor rijden. Dat had ze er graag voor over.Â
Toen ze binnen kwam, was Annemiek aan het koffie malen. De koffiemolen met het blauwe schip erop, draaide op volle toeren. Menno zat te mijmeren bij de houtkachel. Ze kreeg de koffie met een heerlijk stuk, zelfgebakken, kruidkoek.
Ze stak van wal, legde haar hart bloot.
Toen gingen ze rechtop zitten, Menno, in zijn lage stoel, Annemiek op de keukenstoel tegenover haar. Ze voelde dat als een aanmoediging.
Oordeel en commentaar
Wat had ze  het allemaal verkeerd ingeschat. Zij, met al haar voelsprieten, haar gevoeligheid en haar grenzeloos vertrouwen, wat werd ze teleurgesteld. Menno schraapte zijn keel, en begon haar te overtuigen dat ze verkeerd gehandeld had, ze had deze ellende over zich heen geroepen, ze had toch niet anders kunnen verwachten? Dit had ze toch kunnen weten? Annemiek voegde eraan toe ‘Kwam boontje niet om zijn loontje?’ Ze keek verbijsterd op. Begrepen ze haar niet? Snapten ze niet dat ze alleen maar haar verhaal wilde doen? Hadden ze niet door dat ze juist zo graag een luisterend oor, wilde, zonder verwijt, oordeel, commentaar.
Ze had gedacht dat de vrije artistieke Annemiek en die mooie diepzinnige denker Menno haar hele hart zouden ontvangen en haar troost zouden bieden.Â
Alle mensen onbetrouwbaar?
Ze  durfde niet het niet te zeggen, dat deze antwoorden haar zo teleurstelden. Ze had het hart niet dat ze meer vertelde over haar tomeloze verdriet.Â
Weer snel zat ze in haar auto. Op dat moment trok ze haar muur op. Ze zou nooit meer iemand vertrouwen. Ze kon niet eens op haar intuïtie, haar gevoel, vertrouwen, niet op zichzelf, en dus ook niet op een ander. Waren dan toch alle mensen onbetrouwbaar?
Breek je muur maar af, het kan!
Ze zijn niet allemaal onbetrouwbaar!​
Dit is nu tien jaar geleden. Gelukkig heeft ze andere mensen ontmoet. Die mevrouw, in haar lange donkere bloemetjes jurk op haar oude, grijze pantoffels, in haar kleine wereldje, die vrouw die nog nooit het eiland afgeweest was, én géén oordeel had, toen ze bij haar het hart open legde. Die stoere kerel, met zijn hele lijf vol tatouages, grote mond, harde stem, hij bleek een hart van goud te hebben, en zou haar nooit afwijzen. En dat kind, met die zwarte krulletjes, die ineens haar hand pakte toen ze in de rij bij de kassa stond.Â
En die barbier, in de kapperszaak, die hoort ook in dit rijtje thuis. Met zijn zwijgen omarmde hij haar gevoelens. Hoe eenvoudig kan het zijn.
Ze kwam erachter: Toch niet alle mensen onbetrouwbaar.
Ze moest wel, voor ze erachter kwam, een stuk muur afbrokkelen. Eroverheen kijken is lastig als je klein bent.
Van verwarring tot verrassing. Zo werkt God. ????????
Heel veel liefs, Heleen
Het blijkt vaak veel mooier dan het eerst leek, he